Fiscaliteit – Bijklussen in de sportsector

Tot eind 2020 kon men onder bepaalde voorwaarden belastingvrij bijklussen. Zo hoefde iemand zich onder bepaalde voorwaarden geen zorgen te maken over enige belasting of sociale bijdragen indien men niet meer dan 6.340 euro bijverdiende. Het Grondwettelijk hof maakte echter een einde aan deze regeling. 

Verenigingswerk in de sportsector
Eind 2020 riep de wetgever echter een speciale regeling in het leven voor verenigingswerk in de sportsector. Deze regeling geldt uitsluitend voor het jaar 2021 en is hoogstwaarschijnlijk in afwachting van een nieuwe wettelijke regeling.

Specifieke voorwaarden
Een verenigingswerker moet minstens 18 jaar oud zijn op het moment waarop het verenigingswerk wordt verricht, wil hij gebruik kunnen maken van het bijzonder systeem. Hij moet bovendien ook gewoonlijk en hoofdzakelijk een beroepsactiviteit hebben uitgeoefend in het derde kwartaal voorafgaand aan het verenigingswerk of gepensioneerd zijn.

Een nieuwe voorwaarde is dat er maandelijks gemiddeld maximaal 50 uren mogen worden gepresteerd. Dit gemiddelde wordt per kwartaal beoordeeld en over alle verenigingen heen. 

Er moet nog steeds een schriftelijke overeenkomst gesloten worden waarin ekele verplichte bepalingen moeten worden opgenomen. Deze overeenkomsten moeten van bepaalde duur zijn, met een maximum van één jaar. Per jaar kunnen tussen dezelfde organisatie en verenigingswerken maximaal 3 overeenkomsten worden gesloten. 

Een tweede nieuwe voorwaarde is dat de overeenkomsten een werkrooster en rustpauzes moet voorzien. 

Tot slot is het ook nieuw dat er bij wet een minimale vergoeding is bepaald van 3,57 euro/uur. Het maximumbedrag aan ontvangen vergoedingen door de verenigingswerker ligt op 6.390 euro per kalenderjaar en 532,50 euro per maand. Indien deze grenzen worden overschreden, worden de vergoedingen als beroepsinkomsten beschouwd.

Wat met sociale bijdragen en belastingen?
Een vergoeding uit verenigingswerk is voortaan onderworpen aan een solidariteitsbijdrage van 10% ten laste van de organisatie. 

De vergoedingen uiten het verenigingswerk zijn onderworpen aan een afzonderlijke belasting van 20% voorzover zij voldoen aan de voorwaarden. Van de brutovergoeding mag wel eers nog een kostenforfait van 50% worden afgetrokken.